Mijn eerste halve marathon!

Lange mouwen? Jas aan? Ik vind het erg moeilijk in te schatten als ik de vooruitzichten bekijk. Het is koud buiten en het miezert. Ik heb nog niet eerder een lange afstand gelopen met soortgelijk weer en ik kan tussendoor ook niet even omkleden.. Ik besluit om lange mouwen te dragen, die kan ik in ieder geval opstropen als het toch te warm blijkt. En dat jack, dat zie ik daar wel.

‘s-Morgens stap ik met Annet, de kinderen en ‘tante Martina’ in de auto richting Amsterdam – op tijd weg, dus misschien zijn we nog op tijd om de eerste marathonlopers te zien finishen in het stadion. Natuurlijk is het zoeken van een parkeerplek in Amsterdam niet makkelijk. Overal staan auto’s op de stoep en in het groen. Ik heb geen zin in een boete dus zet hem dan toch maar netjes in de parkeergarage bij het VUmc. In de regen lopen we naar het Olympisch stadion en zien een helikopter rondcirkelen – de winnaar Bernard Kipyego heeft zich inmiddels over de eindstreep weten te lopen. Bij het stadion kijken we hoe we binnen komen met de kinderen in 2 buggy’s. Het stadion is oud en ziet er niet echt rolstoelvriendelijk uit ;-), er is dus 1 optie: de trap op tillen. Bovenaan zien we de lopers vanaf 2 uur 20 minuten finishen, en dan komt de eerste dame eraan: we zien mooi hoe Joyce Chepkirui finisht.

Dan begint het wachten… Ik mag pas om 10 voor 2 van start, dus ik kan pas ongeveer half 2 in mijn startvak gaan staan. Ik eet nog een paar meegenomen eieren, drink een flesje sportdrank, eet nog een boterham. Ik word steeds wat nerveuzer. En kouder. Ik weet niet zo goed wat het juiste moment is om mijn lange broek en winterjas uit te trekken – ik zie mezelf al onderkoeld in het startvak staan. Rond 1 uur helpt Annet me het startnummer op te ‘spelden’ – ik gebruik weer de Bibbits magneetjes die ik voor de Damloop besteld had. Ideaal – geen gaatjes in je shirt! Ik trek mijn lange broek uit en verruil mijn schoenen voor de knaloranje Nike’s die het moeten gaan doen deze race. Daarna wurm ik de draadjes van mijn oordopjes van onder mijn shirt naar boven.

Ze zeggen wel “Don’t try anything new on race day” maar ik ben eigenwijs – ik heb de dag ervoor een elastische band (‘FlipBelt’) gekocht voor om mijn middel, waar ik mijn telefoon en andere spullen in kwijt kan, zoals gelletjes, sleutels, geld etc. Ik wil namelijk dat ene gelletje, ja die ene, toch weer meenemen. Misschien ga ik hem gebruiken! En met lange mouwen is een telefoon om de arm niet handig omdat dan dat draadje weer niet lekker weg te werken is. Het laatste waar ik op zit te wachten is een op-en-neer-hupsend-kabeltje tijdens het rennen. Dus: telefoon erin aan de voorkant, gelletje aan de achterkant. Shirt er overheen, klaar. Op de trap van het stadion probeer ik nog enigszins een beetje warm te worden tot het tijd is om richting startvak te gaan.

Kwart over 1, tijd om te gaan! Ik til samen met de dames de buggy’s van de trap en met z’n allen lopen we richting het roze startvak. Het roze startvak. Het. Laatste. Startvak. Toen ik me inschreef had ik een finishtijd opgegeven van 2 uur 15 minuten, dus was ik ingedeeld in dit laatste startvak met alle anderen die dachten er langer dan 2:10 uur over te doen. Wist ik veel toen ik me inschreef. Ik rende toen net 10km’s met een gemiddeld tempo van zo’n 6 minuut 20 per kilometer. Ik had een snelle rekensom gedaan en dat resultaat ingevuld. Vorige week liep ik mijn “oefen halve” naar Volendam in 2:02:31, dus mijn doeltijd voor nu was even onder de 2 uur. 1:59 eigenlijk.  Ik zat nu dus in een startvak met mensen die ik waarschijnlijk moest gaan inhalen. En velen in het startvak daarvoor (2:00-2:10 uur) ook.

Pre-halve marathon selfieIk neem afscheid van Annet, de kinderen, Martina, trek mijn winterjas uit en loop het startvak in. Ik loop zo ver mogelijk naar voren terwijl ik al mijn GPS-timing-apparatuur aanzwengel. Fitbit in run mode, Tomtom horloge aan, Runtastic app open, Runkeeper app open. Runtastic “live tracking” aan – handig voor Annet, dan weet ze wanneer ik in de buurt van de finish kom. Als hij het tenminste doet deze keer – dat lijkt wel Russisch roulette. Tussen alle lopers in valt het me op dat het opeens helemaal niet meer koud is. Best warm eigenlijk! Al die lichamen produceren zoveel warmte dat het gewoon aangenaam aanvoelt. Ik twijfel nu of dat jack aanhouden wel een goed idee is, maar ik zie anderen ook nog met een jack aan. Stuk voor stuk lopen de startvakken voor ons leeg en komen we steeds dichter bij de startlijn. Ik neem een paar selfies en besluit Runkeeper en Runtastic te starten zodat ik de telefoon vast weg kan stoppen.

Eindelijk dan dat startschot! Langzaam dribbelt de meute voor me de startlijn over. Op het moment dat ik over de streep kom start ik de Tomtom en Fitbit. De Tomtom had ik ingesteld op doeltempo 5:20-5:50 om gemiddeld 5:35 aan te kunnen houden. Eindelijk ren ik. Wat een heerlijk gevoel, ik ren mijn eerste “echte” halve marathon! Ik was van plan om rustig van start te gaan, maar zoals verwacht lag mijn tempo hoger dan de meesten hier voor mij. Het valt me op dat er niet zoals bij de Damloop borden hangen die vertellen om rechts te lopen en links in te halen. En dat valt me een beetje tegen want ik moet dus echt mijn best doen om tempo te houden terwijl ik me zigzaggend tussen andere lopers door manouvreer. Op brede stukken niet zo’n probleem, maar er zijn best veel smalle stukken waar het echt onmogelijk lijkt om in te halen.

Na 3 kilometer begin ik het erg warm te krijgen en besluit ik mijn jack uit te trekken. Al rennend vouw ik hem op. Gelukkig is het een soort parachute-stof dus blijft er een klein pakketje over dat makkelijk in 1 hand te houden is. Toch ga ik al snel nadenken over het dumpen van mijn jack. Vlak na de start had ik veel anderen dat zien doen, ik vroeg me af of zij iemand hadden ingeschakeld om hun kleding op te pikken, of dat ze er ter plekke gewoon afstand van deden. Vorige week rende ik praktisch de hele route met 2 flesjes in mijn handen, dus in 1 hand een jack? Ach, dat kon dan ook wel. Ik besluit dat het niet eens zo irritant is om hem vast te houden. En mocht het dan toch nog hard gaan regenen, dan zou ik in ieder geval nog warm kunnen blijven!

Bij 4km steken we de Amstel over bij de Utrechtsebrug, ik kijk naar rechts en zie de slinger die de marathonlopers om de Amstel hebben moeten doen. Ik ben blij dat ik hier gewoon mag ‘afsnijden’! Aan de linkerkant zoek ik of ik de Rembrandt toren en mijn oude schoolgebouw van de Hogeschool van Amsterdam (de Leeuwenburg) kan zien. Ik zie de Rembrandt toren, maar het HvA gebouw lijkt zich er precies achter te verstoppen. Eenmaal de brug over zie ik andere lopers de brug weer onderdoor slingeren. Ik zie ook een trappetje naar beneden, en de afrit waar het parcours over loopt. Even denk ik “zal ik dat trappetje nemen, dan ben ik er eerder”. Meteen straf ik mezelf af en vertel me dat ik niet vals ga spelen. Onderaan de afrit vergeet ik naar de woonboot te kijken die ik op Streetview had gezien bij het doornemen van de route. Nu weet ik dus niet of daar nog steeds een oude Amerikaan op het dak geparkeerd staat! Vanaf hier is het parcours hetzelfde als de hele marathon.

Vlak voor het 5km punt staat de eerste verfrissingspost, ik besluit hier nog niks te drinken en ren er voorbij. Mooie kans om nog wat lopers in te halen! Nu volgt er een saai stuk route over een industrieterrein. Weinig support langs de weg hier, en dus ook geen muziek. Gelukkig heb ik mijn eigen muziek opstaan. Het valt me hier op dat ik nog helemaal geen gejuich uit mijn oordopjes heb gehoord. Dat kan eigenlijk maar 1 ding betekenen: live tracking van Runtastic doet het vandaag niet. Annet weet dus niet waar ik loop, en ik kan niet toegejuigd worden door vrienden. Vervolgens vraag ik me af waarom ik geen intervals van Runkeeper te horen krijg (die heb ik standaard aan staan op 6 om 2 minuten). Bij de start leek het of Runkeeper op pauze was gegaan, ik dacht toen dat auto-pauze misschien was getriggered vanwege het langzame lopen naar de startlijn. Maar nu snap ik dus dat Runkeeper gewoon niks (meer) doet. Handig. Gelukkig heb ik de Fitbit en Tomtom nog..

Na 7km komen we weer de bewoonde wereld van Duivendrecht in en neemt het aantal supporters langs de kant weer toe. Alle respect voor die mensen, warm was het niet! Eenmaal Duivendrecht weer uit komen we wederom op een vrij saai stuk parcours. Wel flink wat groener dan dat bedrijventerrein van net, maar erg stil qua support. Tot aan de Watergraafsmeer waren de ‘highlights’ het voor de tweede keer onder de A10 door lopen en de verfrissingspost vlak voor het 10km punt, dan weet je genoeg haha! Bij deze post neem ik een korte looppauze om snel 2 bekertjes AA te drinken.  In de Watergraafsmeer staat een waterpost waar ik dankbaar gebruik maak van de gelegenheid veel lopers in te halen.

Na ruim 12km steken we de ringvaart over en kom ik in de Indische buurt. Hier begint het toch al weer een beetje op Amsterdam te lijken! Ik bedenk me dat ik ook al ruim over de helft zit en dat ik op schema zit om binnen 2 uur te finishen. Natuurlijk moet het loopgestel blijven gaan zoals het gaat, maar het voelt alsof ik in de machine-running-mode ben beland – rennen zonder er over na te denken. En dat is goed! De benen gaan als vanzelf terwijl ik vanuit “de cockpit” de instrumenten in de gaten hou en waar nodig een beetje bijstuur – hartslag, tijd, navigatie, tempo, ademhaling. Nog steeds bezig andere lopers in te halen, dat is toch wel een nadeel van zo’n evenement. Steeds vaker heb ik mensen voor me die even zijn gaan wandelen en daarmee de weg blokkeren. Ok ok, het is mijn eigen schuld. Volgende keer zit ik in een betere startgroep. Maar ik had niet verwacht zoveel “last” te hebben van anderen. Na 13km draaien we de Zeeburgerdijk op waar het parcours vrijwel direct smaller wordt. Bovendien volgt hier vrij snel een verfrissingspost waardoor het tempo gedwongen omlaag gaat. Ik besluit om van de gelegenheid gebruik te maken even wat AA te drinken. Even verderop lopen we over de trambaan waardoor het oppassen wordt om niet de voeten verkeerd neer te zetten.

14km. Het wordt steeds duidelijker dat de binnenstad van Amsterdam dichtbij is – langs het parcours wordt het steeds drukker en ik ga steeds meer herkennen. Aan de linkerkant zie ik het Tropenmuseum en realiseer ik me dat Artis dan ergens aan de rechterkant moet zitten. Leuk om dat dan ook vervolgens op een verkeersbord te zien staan 😀 Verderop gaat de weg omlaag onder de Wibautstraat door. Ik kom langs de “cheeringzone” van “halfcrazy”. Nooit van gehoord. Ze hebben wel een leuke plek uitgekozen, het echo’t goed onder het viaduct. Pfoe, nu gaat het wegdek weer naar boven, hier is goed te voelen dat er al wat kilometers in de benen zitten. Maar het blijft hier maar omhoog lopen, wat is dat nou?! Aha, dit is de brug waar we eindelijk de Amstel weer oversteken! Halverwege kijk ik over mijn linkerschouder om de Rembrandt toren te zoeken. Heel veel verderop zie ik inderdaad moeilijk de contouren van een aantal hoge gebouwen. Ik lach kort en schudt mijn hoofd – net liep ik nog aan de andere kant, daar heel veel verderop. Het blijft een gek idee, dat je toch in relatief weinig tijd zo ver kunt komen. Rechts zie ik het wereldberoemde Amstelhotel.

16km, eindelijk op de Stadhouderskade! Ik blijf mijn horloge in de gaten houden, ben erg benieuwd in hoeveel tijd ik nu de Damloop zou hebben gedaan. Bij 16.1km staat er 1 uur 31 op de klok – ik loop dus 2 minuten voor! Die 2 minuten heb ik hard nodig om binnen de 2 uur te kunnen finishen, gaat goed dus! Steeds meer lopers lijken er doorheen te zitten. Er wandelen er veel en sommigen staan de spieren te rekken tegen bomen en lantaarnpalen. “Nog maar 5 kilometer!” vertel ik mezelf. Grappig dat 5 kilometer in mijn hoofd klinkt alsof het een blokje om is.

Even later zie ik iemand langs het parcours staan met een oranje bord in de handen. “Held!” staat erop. Dit komt me enigszins bekend voor en ik kijk naar de persoon achter het bord, een roodharige dame. Ik loop haar voorbij en bedenk me 10 meter later dat het Sanne geweest moet zijn van een hardloopblog die ik wel eens bezoek: www.mijneerstemarathon.com. Als ze zelf niet rent staat ze regelmatig bij hardloopevenementen langs het parcours om anderen aan te moedigen met haar “Held!” bord.

Het parcours wordt steeds smaller en de oversteekplekken voor voetgangers worden helaas niet door iedereen gebruikt. “Heeee!” hoor ik meerdere mensen vlak voor me roepen. 5 meter verder staat het ineens stil omdat iemand met een fiets aan de hand besluit over te steken. Op z’n dooie gemak loopt hij naar de overkant terwijl hij een loper of 20 bijna heeft doen vallen. Een steward springt er achteraan en gooit een natte spons naar zijn hoofd, grijpt hem in zijn kraag en roept “Wat doe jíj nou eikel!”. Terwijl ik verder ren zeg ik hardop dat ik hoop dat hij een paar klappen krijgt. Wat een idioot!!

Het parcours is nu zo smal dat een eigen tempo lopen bijna onmogelijk is geworden. Ik stoor me mateloos aan de wandelaars die links blijven lopen omdat ik ondertussen bijna acrobatische toeren moet uithalen om ze in te halen. Ik probeer een aantal te vragen rechts te gaan lopen zodat ze misschien anderen niet meer tot last zijn, maar niemand lijkt te reageren. Op een gegeven moment roept er iemand naar me “Heej joh, het is geen wedstrijd! Het is een prestatieloop hoor!”. Ik besluit er niet op te reageren maar denk ik mijn hoofd “ja snotneus, het is inderdaad een prestatieloop. Ik probeer hier wat te presteren en dat lukt niet op deze manier!”. Is het dan echt zo raar dat ik gewoon mijn eigen tempo wil kunnen lopen?!

17km. We lopen langs de Heineken Experience. Ik denk aan dat lekkere biertje dat ik straks ga drinken! Even later langs het Rijksmuseum en dan eindelijk het Vondelpark in. Het parcours is hier weer lekker breed en er is dus weer volop ruimte om lekker te lopen. In mijn hoofd ben ik nu echt al bijna bij de finish. Het Vondelpark. Zo groot is hij niet, toch? Halverwege het park zie ik 20x30-ZZVD13400een wandelend meisje met een shirt met “Nibbixwoud” erop. Omdat Nibbixwoud een dorpje is dat vlakbij Hoorn ligt, roep ik naar haar: “Kom op Nibbixwoud! Hoorn hier, nog een klein stukje!”. Ze begint weer te rennen en ik maak een kort praatje met haar. Ik richt me daarna weer vol op dat laatste stukje. Potverdikkie, dat park is best groot!

20km. Eindelijk loop ik op de Amstelveenseweg die naar het Olympisch stadion leidt! Iemand voor me loopt dwars door een plas heen en ik vraag me af of hij misschien blaren wil oplopen in die laatste kilometer. Ik kijk op mijn horloge – 1 uur 54 nogwat, ik loop met een tempo van 5:32 per kilometer. Ga ik het redden? Rekenen gaat me niet heel goed meer af dus ik zet een tandje bij. Dan komt de kruising met Stadionweg, waar ik begonnen ben – het àllerlaatste stukje voordat het parcours het stadion ingaat. Een bord boven het parcours zegt “500 meter”. 1 uur 57 op mijn horloge. Hartslag door het dak. Ik bereken dat ik voor die 500 meter ergens tussen de 2:30 en 3:00 minuten nodig heb. Ik buffel door en kijk om me heen of ik bekenden zie. Omdat ik niemand zie ga ik er vanuit dat ik in het stadion zelf opgewacht wordt. Om op te vallen besluit ik mijn jas uit en laat deze aan mijn schouders wapperen zoals sommigen met hun nationale vlag doen – deze ‘vlag’ had ik tenslotte ook het hele eind met me meegedragen 😉

20x30-AMCB603320x30-AMBL010820x30-AMBR191420x30-AMAK729420x30-AMBY786020x30-AMBT337920x30-AMBT3382

Terwijl ik het stadion inloop voel ik het rubber van de atletiekbaan onder mijn schoenen veren. Misschien komt het doordat ik “barefoot” ren, maar het voelt niet prettig en alsof het me afremt. Toch kan het mijn runners’ high niet stoppen, met de handen in de lucht passeer ik de finish. Heb ik het gered? Heb ik het gered? Ik stop de timer van mijn Fitbit, en van mijn Tomtom horloge. Ze geven beiden een resultaat van nèt onder de 2 uur. Dan komt er een berichtje binnen van de Amsterdam Marathon app: “Ewout Stortenbeker has finished in 1:59:37“. Yes!!! Ik heb het gehaald!!!

Na de finish selfieDoor de spanning in de laatste paar honderd meter ben ik helemaal vergeten te kijken of ik mijn supporters ergens op de tribune zag. Want daar stonden ze dus. Met een spandoek. Luidkeels mijn naam te roepen.. De muziek bij de finish stond daarentegen wel erg hard dus het is niet heel raar dat ik dat niet gehoord heb. Ik probeer Annet te bellen maar krijg haar niet te pakken, zij probeert mij namelijk te bellen. Waarom hebben ze daar nog niks op verzonnen?! Als 2 mensen elkaar proberen te bellen, laat dan gewoon even weten dat jullie elkaar aan het bellen zijn en maak die verbinding!! Maar goed, Annet vertelt waar ze ergens op de tribune staan en terwijl ik mijn medaille en ‘warmteschort’ ophaal probeer ik ze te spotten. Helemaal verderop zie ik inderdaad het spandoek op de tribune, leuk leuk! Ik spreek af om naar ze toe te komen lopen. Buiten het stadion is het ontzettend druk met alle lopers die zojuist gefinisht zijn en hun support. Gelukkig wordt het aan de andere kant van het stadion rustiger en kom ik een standje tegen waar de medaille gegraveerd kan worden. Ik had hier van tevoren al voor betaald dus ik neem direct mijn kans waar en lever hem in. Mijn startnummer en naam worden genoteerd en ik kan aan de zijkant wachten. Een paar minuten later heb ik hem in mijn handen mèt mijn naam en tijd achterop!  😀  Bovenin het stadion zie ik dat ook mijn broer Gerben, Marisca en hun kinderen gekomen zijn, leuk! M’n broer en ik trekken een biertje open, die smaakt bijzonder goed!

Proost!
Proost!
Is ie echt?
Is ie echt?
Het staat erop!
Het staat erop!

Mijn knaloranje schoenen blijken trouwens ondertussen niet meer zo oranje te zijn. Vooral de neus is zwart geworden, dat wordt dus nog even poetsen. En dat ene gelletje dat ik had meegenomen heb ik dus nu wéér niet gebruikt. Begin me steeds meer af te vragen hoe dat smaakt en wat het zou doen met m’n lichaam, maar ik kon ook nu niet echt een punt verzinnen waar ik hem echt nodig zou hebben. Hou ik mezelf dan voor de gek en geeft het echt zoveel extra power?

En nu. What’s next? Er staat voorlopig nog niks vast op de hardloopagenda! Zal ik de halve van Egmond gaan doen? Ik blijf in ieder geval op dezelfde manier doortrainen, en dat betekent dat ik waarschijnlijk op een nabije zondag weer ergens naartoe zal gaan rennen…. Waar naartoe? Ik hou jullie op de hoogte 😉

Geef een reactie